Waar kunt u terecht voor meniscus, voorste kruisbanden en het carpaletunnelsyndroom? Ziekenhuizen en klinieken vergeleken.
Meniscus en voorste kruisbanden
Het is een veelgestelde vraag aan de huisarts: kan ik beter naar het ziekenhuis of naar zo’n nieuwe kliniek? Sinds de invoering van het huidige zorgstelsel in 2006, groeide het aantal zelfstandige behandelcentra (zbc’s) en private klinieken snel. Inmiddels voldoen ruim driehonderd zbc’s aan de Wet toelating zorginstellingen, wat wil zeggen dat ze aan dezelfde eisen voldoen als de ziekenhuizen.
In praktijk krijgen vooral patiënten met spataderen, huidziekten, huidkanker, cataract of ‘grauwe staar’, het carpaletunnelsyndroom en schade aan meniscus of voorste kruisbanden te maken met zo’n kliniek. Voordelen zijn vaak de kortere wachttijd en een gespecialiseerd behandeltraject.
Lees meer:
‘Meten maakt patiënten beter’
Elsevier en SiRM onderzochten de kwaliteit van behandeling in ziekenhuizen en klinieken bij schade aan meniscus of voorste kruisbanden, en bij het carpaletunnelsyndroom. Hierbij raakt een zenuwbaan in de pols bekneld, met pijn en een minder goed functionerende hand als gevolg. Het zijn de enige aandoeningen waarover de verplicht aan het Kwaliteitsinstituut geleverde gegevens ook resultaten vermelden.
Gaat het om de knie, dan moeten ziekenhuis en kliniek aangeven welk type verdoving ze aanbieden, of patiënten worden doorverwezen naar een fysiotherapeut, en of ze ’s nachts kunnen bellen als iets mis is. Belangrijkst is het percentage patiënten dat binnen een jaar na de kijkoperatie opnieuw aan dezelfde knie is geopereerd.
Voor de pols gelden vergelijkbare eisen, met extra aandacht voor de samenwerking en overdracht tussen chirurg, verpleegkundigen, neuroloog en huisarts. Hier is de hamvraag: hoeveel procent van de patiënten kreeg binnen dertig dagen na de operatie een diepe wondinfectie?
Voor een compleet overzicht van alle ziekenhuizen en klinieken en scores, zie ‘Carpaletunnelsyndroom‘ en ‘Meniscus en voorste kruisbanden‘.